Spelen

De zomervakantie is voorbij. Al ruim twee weken gaan hier de kinderen weer naar school. Maar wat was de vakantie fijn. Natuurlijk waren er momenten dat zoonlief en dochterlief zich zaten te vervelen en bijna letterlijk in de haren vlogen. Maar ze hadden vooral ook erg veel lol samen.

Ik zag vooral dat het onze dochter goed deed al die weken even niets. Ze kon in haar eigen vertrouwde ruimte spelen, ze kon gaan uitrusten wanneer ze moe was, ze hoefde zich niet te meten aan haar klasgenootjes die ze maar moeilijk kan bijhouden. Eindelijk kon het rennen, klimmen en klauteren, het spelen met de bal op haar eigen tempo. En grote lieve broer deed mee. Het was zo mooi om te zien.

De eerste dagen bracht ik onze dochter huilend naar school en haalde ik haar ook weer huilend op. Alles was weer even te veel. Gelukkig kan ze inmiddels best goed vertellen wat er speelt. En al gauw werd duidelijk dat haar nieuwe klasgenootjes van groep 1 sneller konden lopen, hoger konden klimmen, gemakkelijker bij de tas konden en harder konden fietsen op de karretjes. En op het allerlaatst vertelde ze over haar vriendinnetje van vorig jaar (6 wk ouder en wel naar groep 2). Zij had gezegd dat ze van haar mama beter niet meer met Brechtje (onze dochter) kon gaan spelen. Ik vroeg haar of ze ook had verteld waarom dat dan niet meer mocht. “We zitten nu niet meer bij elkaar in de klas en jij kan niet zo spelen als andere kindjes, mijn mama zegt dat”.

Mijn moederhart brak van verdriet. Ik had de afgelopen zes weken toch echt iets anders gezien. Een vrolijk, blij meisje dat met steeds meer zelfvertrouwen aan het buitenspelen was.

Ik kon onze dochter alleen maar een hele dikke knuffel geven, met tranen in mijn ogen, en haar zeggen dat ze met iedereen mag spelen en dat iedereen welkom is bij ons thuis. En dat ze dat nooit moet vergeten.

 

Gonnie is moeder van Menno & Brechtje

Villa Pardoes

In tranen was ik, toen de maatschappelijk werkster in 2012 voorstelde om een aanvraag in te dienen voor een vakantieweek in Villa Pardoes. Onze dochter was nog niet eens bewust verklaard en het idee om vooruit te kijken en een vakantie te plannen ontroerde me diep.

Ruim twee maanden geleden werd ik geattendeerd op het programma van Beau van Erven Dorens. Hij zou vijf dagen in Villa Pardoes verblijven. Met de aankondiging van dat programma zag ik ook allerlei berichten van vrienden die ook een week in de Villa doorgebracht hadden. Mooie berichten, over een gedenkwaardige week, onvergetelijk met bijzondere nieuwe contacten.

Ondanks de ontroering tijdens het aanvragen heb ik de week daar zo anders ervaren. Voor mij was het niet onvergetelijk en heel bijzonder.

En dat lag niet aan de geweldige organisatie. En het lag niet aan de bijzondere mensen die ook in die week aanwezig waren.

Het lag helemaal aan mij.

In juni 2013 waren we daar. Tegelijk met mensen die we in Leijpark hadden leren kennen en met wie we daar een heel prettig contact hadden. Het samen daar zijn was fijn.

Los daarvan hing er een soort donkere wolk over die week. Ik wilde er zo-niet-zijn. Ik was nog zo woedend over alles wat er in ons leven gebeurd was. Het aanwezig zijn in de Villa onderstreepte nog meer ons veranderende leven. En ik wilde zo graag weer ons oude leven, met ons gezonde meisje en onze zorgeloze gedachten.

Ik wilde niet in die wereld zijn en hoewel ik zeker dankbaar was voor deze mogelijkheid overheerste mijn weerstand.

Zes jaar later was ik door het programma van Beau direct weer in die weerstand. Wat kon ik de woede weer goed voelen. Terwijl in ons huidige leven de dankbaarheid vooral de boventoon voert was ik toch in een vingerknip weer in de boosheid van toen.

Levend Verlies. Ook het terug in de tijd geworpen worden blijkt een verschijningsvorm. Even voelen hoe het heftig het toen was.

En dan gelukkig weer snel terug naar het nu, waar het leven net iets zonniger en gelukkiger is.

Verena

Schoolreisje

Het einde van het schooljaar komt in zicht en dat betekent ook dat de tijd van de schoolreisjes is aangebroken. Wanneer ik terugdenk aan de tijd dat ik als klein meisje met mijn klasgenootjes in een grote bus een dagje wegging, verschijnt er een glimlach op mijn gezicht.

Hoe anders is het voor mijn dochter. Ondanks dat ze naar een reguliere basisschool gaat en haar ontwikkeling steeds sprongen voorwaarts laat zien, functioneert ze niet leeftijdsadequaat zoals dat in vakjargon zo mooi wordt genoemd. Zomaar meegaan op schoolreisje is dan ook niet echt vanzelfsprekend.

De juf sprak me enige tijd geleden aan met de vraag of Brechtje mee zou gaan en waar ze rekening mee zouden moeten houden. “Natuurlijk wil ze mee. Welke kleuter vindt het nou niet leuk om naar een dierentuin te gaan?”, was het eerste wat bij me opkwam. Maar een dagje dierentuin met school is natuurlijk heel anders dan een dagje dierentuin met papa, mama en grote broer.

Aangezien mijn dochter slechts kleine afstanden kan lopen, moet er een rolstoel mee. Ze kan niet alleen naar het toilet, omdat ze te klein is om erop te klimmen. Haar tas met eten en drinken kan ze niet tillen, omdat dit te zwaar voor haar is. Spelen in een speeltuin wil ze graag, maar er moet iemand zijn die haar kan helpen. Ondanks de rolstoel vraagt een hele dag op pad (te) veel van haar en zal ze het hele programma niet vol kunnen houden. En zo zijn er nog meer dingen op te noemen waarbij ze hulp nodig heeft.

Hoe graag had ik mijn dochter ook zo’n dag gegund net zoals ik die lang geleden had en zoals al haar klasgenootjes die hebben. Een onbezorgd dagje uit zonder papa of mama. Maar voor haar is het allemaal net even anders. De begeleiding vanuit school is niet genoeg. Er zit voor mij niets anders op dan mee te gaan, zodat de rolstoel geduwd wordt, ze naar de wc kan gaan en dat ze naar huis kan wanneer het niet meer gaat. Het wordt ongetwijfeld een ontzettend leuke en gezellige dag voor iedereen. Zeker weten. Maar ergens doet het pijn. Ineens word je weer geconfronteerd met het feit dat je dochter anders is en altijd anders zal zijn.

Gonnie

 

Gonnie is moeder van Menno & Brechtje